Gepubliceerd op 17-02-2020
Minister ondervraagd over forfaitaire voordelen en marktconforme vergoedingen
537
Gepubliceerd op 17-02-2020
De forfaitaire waardering van een voordeel van alle aard is niet van toepassing als de belastingplichtige kan aantonen dat de marktwaarde van het voordeel lager is. Dat de genieter van het voordeel een vergoeding betaalt ten belope van die marktwaarde, volstaat dus om enig belastbaar voordeel uit te sluiten. Dat blijkt uit de recente rechtspraak. Maar zal de fiscus zich neerleggen bij die rechtspraak? De vraag is bovendien of dat principe ook in de omgekeerde richting werkt.
Recente rechtspraak stelt o.a. dat de betaling door een bedrijfsleider van een marktconforme vergoeding voor een dienst van zijn vennootschap, het ontstaan van een (hoger) forfaitair voordeel van alle aard in zijn hoofde uitsluit. De minister van Financiën werd gevraagd of die rechtspraak ook ingeroepen kan worden “in de omgekeerde richting”: of de fiscus de forfaitaire waardering van een voordeel van alle aard desgevallend kan vervangen door een waardering op basis van de (hogere) werkelijke waarde.
De minister neemt voorlopig geen standpunten in, maar erkent de nood aan duidelijkheid en zal “zo snel mogelijk” met een antwoord komen. Hij wijst op de verregaande gevolgen die de recente rechtspraak kan hebben “op budgettair vlak” en zegt dat zijn administratie de rechtspraak momenteel onderzoekt.
Het gekende standpunt van de fiscus, dat eerst het forfaitaire voordeel van alle aard berekend moet worden en vervolgens pas de (desgevallend marktconforme) eigen bijdrage van de belastingplichtige afgetrokken moet worden van het forfaitair vastgestelde bedrag om tot het te belasten voordeel te komen, wordt dus (nog) niet formeel opgeborgen. Een duidelijk standpunt daarover is welkom, hetgeen de minister ook erkent. Op de vraag of de rechtspraak ook in de omgekeerde richting kan worden toegepast, geeft de minister geen antwoord.
Meer weten? Tim VANDEWEYER staat stil bij het recente Antwerpse arrest van 28 mei 2019 en de forfaitaire waarderingsregels in Fiscale Actualiteit 2020/5.