Gepubliceerd op 23-11-2020
Geen directe of indirecte tegenprestatie voor een levering of dienst
De wet van 29 mei 2020 houdende diverse dringende fiscale bepalingen ten gevolge van de covid-19-pandemie stelt de vergoedingen die de gewesten, gemeenschappen, provincies of gemeenten toekennen om de economische gevolgen van de anti-covid-19-maatregelen te beperken, vrij van inkomstenbelastingen. Dat kunnen zowel vergoedingen zijn die de gevolgen opvangen van de federale maatregelen uit de ministeriële besluiten houdende dringende maatregelen van respectievelijk 13 maart, 18 maart of 23 maart 2020, als vergoedingen die de openbare besturen toekennen op basis van eigen reglementering.
Maar de vrijstelling geldt alleen als de vergoeding geen directe of indirecte tegenprestatie is voor een levering of voor het verrichten van een dienst, als in de basistekst uitdrukkelijk staat dat het om een vergoeding gaat die de economische of sociale gevolgen van de covid-19-pandemie opvangt, én als de vergoeding wordt betaald of toegekend tussen 15 maart 2020 en 31 december 2020.
Auteur: Carine Govaert
Bron: Bericht aan de Openbare Diensten (Gewesten, Gemeenschappen, Provincies, Gemeenten), BS 18 november 2020.
Meer info over de personenbelasting en de coronasteunmaatregelen vindt u op monKEY, de meest gespecialiseerde databank voor boekhouders en fiscalisten.